Het voorjaar en de zomer gaan jaarlijks gepaard met een enorme drukte op de vele akkers die onze zone rijk is. We krijgen heel regelmatig de vraag of het toegelaten is dat landbouwers ook ’s nachts aan de slag gaan. Het antwoord is: ja, van 1 maart tot en met 30 november.
Lawaai is toegelaten indien noodzakelijk
Officieel klinkt het zo: lawaai wordt als niet hinderlijk beschouwd van 1 maart tot en met 30 november voor zover de activiteiten noodzakelijk zijn wegens specifieke weers-, plant- en oogstomstandigheden.
Dat houdt in dat het verboden is om zonder reden of noodzaak geluid te veroorzaken dat de rust van de omwonenden verstoort, als dat toe te schrijven is aan een gebrek aan vooruitziendheid en voorzorg.
Lawaai is toegelaten indien noodzakelijk
Officieel klinkt het zo: lawaai wordt als niet hinderlijk beschouwd van 1 maart tot en met 30 november voor zover de activiteiten noodzakelijk zijn wegens specifieke weers-, plant- en oogstomstandigheden.
Dat houdt in dat het verboden is om zonder reden of noodzaak geluid te veroorzaken dat de rust van de omwonenden verstoort, als dat toe te schrijven is aan een gebrek aan vooruitziendheid en voorzorg.
Overlast op de weg
Landbouwactiviteiten leiden soms ook tot andere problemen: zwaardere verkeersdruk, verkeershinder en modder op de weg. Bij regenweer wordt het wegdek hierdoor spiegelglad, met slippartijen en soms een ongeval als gevolg. De regel is dat landbouwers de bevuilde wegen zo snel mogelijk moeten reinigen en bij slipgevaar het verkeer hierop attent moeten maken (art. 7 en art. 78 van het verkeersreglement).
Landbouwactiviteiten leiden soms ook tot andere problemen: zwaardere verkeersdruk, verkeershinder en modder op de weg. Bij regenweer wordt het wegdek hierdoor spiegelglad, met slippartijen en soms een ongeval als gevolg. De regel is dat landbouwers de bevuilde wegen zo snel mogelijk moeten reinigen en bij slipgevaar het verkeer hierop attent moeten maken (art. 7 en art. 78 van het verkeersreglement).
Pas je rijstijl aan
Het spreekt voor zich dat de bestuurder van een tractor of ander landbouwvoertuig zijn rijstijl moet aanpassen. Langs de andere kant geldt dit ook voor de andere weggebruikers. Zij moeten rekening houden met mogelijk besmeurde wegen en waar nodig hun rijstijl aanpassen (art. 10.1.1 van het verkeersreglement).
Het spreekt voor zich dat de bestuurder van een tractor of ander landbouwvoertuig zijn rijstijl moet aanpassen. Langs de andere kant geldt dit ook voor de andere weggebruikers. Zij moeten rekening houden met mogelijk besmeurde wegen en waar nodig hun rijstijl aanpassen (art. 10.1.1 van het verkeersreglement).